Opblaasbal
Listen to Opblaasbal byRené van Densen on hearthis.at
Er zit geen wending meer in mijn weken. Weekend bestaat niet meer. Heel lang heb ik gepoogd een weekpatroon vol te houden. Zelfverlakkerij, uiteraard. Als de dag geen reden heeft om een dinsdag te zijn, is het gewoon een dag. Een in een lange, schuifelende rij. Ik probeer nog steeds sommige dagen een eigen betekenis toe te kennen, zoals de dagen dat ik bij de Opperpater thuis, in Club P., mag langskomen. Maar zelfs die roepen eerder een ‘oh ja, dat is vandaag’ besef op wanneer het kalmpjes richting te laat kabbelt. De tijd is een uitdijende zee van onbenutte potentie. Ik ben een opblaasbal.
Mijn huid staat nog strak. Dat wel. Ik zie er zelfs, naar het schijnt, best goed uit. Voor een plastic opblaasbal dan toch. Je moet ervan houden, van zo’n opblaasbal, maar als je er toevallig van houdt, schijn ik best een goeie te zijn. Dat is me tenminste door opblaasblalliefhebbers verteld. Of die er eigenbelang bij hadden om te jokken of te overdrijven, betwijfel ik. Er valt niet veel te winnen aan een opblaasbal. Het oogt leuk hoor, maar als je uiteindelijk de bestanddelen optelt, heb je vooral veel lucht en een slap velletje plastic over. Ja, je kunt er leuk mee spelen. En het roept wellicht een koddig gevoel op. De aanblik van zo’n opblaasbal. Wellicht is het de goedheid. De nobele inborst van de liefhebbers. Zalvende woorden voor de lieve opblaasbal, die kwetsbaar onder de zon rondrolt en voortstuitert.
Je kunt er niet mee naar de winkel. En in praktisch opzicht heb je er ook niet veel aan. Ja, er is één heel helder voordeel: met de lucht eruit neemt hij vrijwel geen plek in. Zo’n bal. En blaas je hem wél weer vol trots, dan is er een veelvoud aan spellen die je ermee kunt spelen. Om de tijd te doden. Oneindige mogelijkheden ter berstrijding van die uitdijende zee. Oceaan. Oceuit. Oceaan. Oceuit. Ik voel de zon onder mijn vel. Het is dus dag. Ik weet niet zeker welke dag, maar het is er een. Dat is toch iets. Mijn inborst zet alweer uit. Oceaan, oceuit.