Brief aan een organisator (slot)
Listen to Brief aan een organisator (slot) byRené van Densen on hearthis.at
Hoi Wim,
noot: Wim’s naam en de plaatsnaam nog veranderen voor publicatie
Ik zal eerlijk zijn: ik heb koudwatervrees gekregen over dat poëzie- en muziekavondje van je. Hoe je beschreef dat het ‘braaf publiek’ zou zijn, beangstigt me. Brave mensen zijn griezelige mensen. Ze zijn tot de gruwelijkste dingen in staat, Wim.
Brave mensen zijn bang van wat ze niet begrijpen. En brave mensen begrijpen niet veel. In hun angst maken brave mensen enorm gekke sprongen. Ik ben gewend op te treden voor bendes apen. Die meestal nog dronken zijn, ook. En waar je dus melige onzin voor kunt voordragen. Terwijl je bier over je papier morst. Zoiets verwachtte ik dus ook. Een groezelig bruin café met joelende dronken apen.
Nu wil ik niet ondankbaar overkomen, Wim. Je bent niets dan hoffelijk en vriendelijk tegen me geweest. En je zou zelfs voor me koken ! Vind nog maar eens zo’n organisator. Ik keek daar met name naar uit. Je lijkt me een fijnproever, dus ik likkebaarde al bij voorbaat.
Maar toch kom ik maar niet, aanstaande zaterdag. Dat brave publiek, dat doet het hem. Ik durf niet meer. En ook dat Turnhout, godbetert. Dat is vijftig minuten in de bus ! Een wereldreis !! Ik wil gewoon lekker met een biertje op de bank zitten en naar een domme film kijken. Fuck die poëzie. En fuck dat Turnhout. Ga daar een beetje op mijn vrije avond naar dat morsige hol van Pluto afreizen. Dank je de koekoek.
Maar niet gevreesd: ik heb mijn set reeds geschreven en stuur een stand-in. Een jonge acteur die ik wel vaker in mijn plaats op pad stuur. Het publiek kent mij toch nog niet, dus geen haan die er naar zal kraaien. Hij kent mijn leesstijl en schijnt die perfect te imiteren.
Hij is iets korter dan ik. En hij heeft een kunstgebit. Brommer ongelukje een paar jaar terug. Maar dat kun je van buiten niet zien. Al lispelt hij wel een beetje. En hij is een tikje donderder van huidskleur dan ik. Dat is niet moeilijk, want ik ben het hele jaar albinowit. En hij heeft een wat voller buikje. Maar, wederom: het publiek kent me toch niet, dus niemand die door zal hebben dat ik dat niet ben. Behalve jij natuurlijk, Wim. In heel dat Turnhout zal jij de enige zijn die het weet. Dat ik dat niet ben. De rest van Turnhout zal niets door hebben. Daarom waarschuw ik je alvast. Dat je niet denkt, huh, wat krijgen we nou, waar is René ?
Ik zal hem ook dat pakje wit poeder meegeven, dat hier nog ligt. Hij is te vertrouwen. Ik sta voor hem in.
Groetjes,
je René