Het Dolen
Dolen dwalen zoeken dralen
weet iemand de weg
komt iemand ons halen
Dolen dwalen zoeken dralen
Middenin de winternacht
stond zij daar
het sneeuwstormmeisje
Dwalend aan mijn deur
Zij schuilde, wij sliepen, liepen kort
een eindje op
tot de wegen ons scheidden
Dolen dwalen zoeken dralen
het verdwaalmeisje
Ze kon me weer niet vinden
Zelfs haar GPS gaf het op
Dolen dwalen zoeken dralen
Het grotestadmeisje
wist wel waar ze was
Maar ik raakte in de stad verdwaald
Dolen dwalen zoeken dralen
Het kinderwensmeisje
wil dat zaadjes hun weg vinden
Het mitellameisje
wacht tot haar bot weer heelt
Het glazen meisje
drinkt haar koffie en wacht tot de volgende klant
haar vindt
Dolen dwalen zoeken dralen
Het water weet haar weg te vinden
Het stroomt omlaag en dampt omhoog
Bij iedere cyclus verbaast het zich over die dwaze mensen
Die heel hun leven maar lopen te
Dolen dwalen zoeken en dralen.
Tijdens de lockdown leest dichter René van Densen elke dag een gedicht voor uit zijn dichtbundels. In navolging van Gert Vanlerberghe’s Balkonnenvrees heeft hij deze reeks Keukenvrees gedoopt. Op deze manier kunnen blinden en slechtzienden ook wat van zijn poëzie meekrijgen en hebben het bijkomende voordeel dat ze René zelf niet kunnen zien. De bofferds.